Wat een deceptie! Het kostte mij een paar glazen wijn om mijn hartslag weer normaal te krijgen en echt lekker geslapen heb ik niet. Wat zo’n avond lokale politiek al niet met je doet!
We waren nog hoopvol toen we in optocht van De War naar het stadhuis liepen.
Een optocht voor de broedplaats waar ondermeer kunst, theater en wetenschap bij elkaar komen. Jarenlang is er door creatieve geesten veel tijd geïnvesteerd in deze plek, maar de gemeente verkocht het aan een projectontwikkelaar. In de hoop het tij te keren hadden honderden mensen zich verzameld op het plein voor het gemeentehuis. Van Lois van zes tot Atze van 87. Van betrokken burgers tot Amersfoortse kunstenaars. In de war, enthousiast en gemotiveerd.
Eigenlijk vraag ik me achteraf af waarom. Ik heb niet het idee dat veel raadsleden écht geïnteresseerd waren in onze boodschap: “De War moet blijven”. Zijn de wethouders eigenlijk wel in gesprek gegaan met de mensen op het plein of hebben ze op de wc zitten wachten tot ze veilig binnendoor naar de raadzaal konden? Hans Buijtelaar kwam daar als laatste binnen. Liep met zijn neus in de lucht richting wethouder Bertien Houwing. Die is van cultuur en participatie maar straalde uit dat ze liever niets te maken had met De War.
Ik hoopte op een duidelijk verhaal, maar als leek was het niet te volgen. Het voelde een beetje als de wiskundeles op de middelbare school. Ik deed mijn best, maar begreep er geen zak van.
De Amersfoortse politiek heeft namelijk haar mond vol over burgerinitiatieven, cultureel ondernemerschap en maatschappelijk draagvlak, maar als puntje bij paaltje komt kiezen ze toch voor het grote geld. Er gebeuren zulke wonderlijke dingen op het stadhuis die voor de gewone man niet te bevatten zijn. Het lijkt alsof de politici er vooral voor zichzelf zitten in plaats van voor de inwoners. Een raadsvergadering is als een slecht toneelstuk. De publieke tribune zat stampvol maar uiteindelijk konden we vertrekken met loze beloftes. Teleurgesteld ging ik naar huis en terwijl ik aan de wijn zat is de Westelijke Rondweg er ook nog even doorgedrukt. Buijtelaar kwam, zag en overwon. Hij sliep die avond vast niet op zijn buik…