Geworstel met digitaal vergaderen

,,Je moet je geluid aanzetten!” Ik zie mijn collega zoeken naar het knopje. Even later is duidelijk dat ze het gevonden heeft; ik hoor ik haar en haar hond luid en duidelijk. Een andere collega is ook aanwezig, maar niet te zien en bij een derde collega zie ik alleen het plafond. Tien minuten nadat we hebben afgesproken kunnen we daadwerkelijk beginnen. Het is wat, digitaal vergaderen. 

Je zou verwachten dat ik na negen maanden wel weet hoe Zoom, Teams of Google Meet werkt. Maar overal werkt het weer anders. Bij teams weet ik inmiddels hoe ik een andere achtergrond krijg, maar bij zoom kon ik dat laatst niet vinden en was mijn slaapkamer nog gewoon in beeld. Inmiddels weet ik wel dat mijn onderkin minder zichtbaar is wanneer ik een doos onder mijn laptop zet. Hoe dan ook;  ik ben elke keer weer blij verrast wanneer het mij lukt aan te sluiten bij een digitale bijeenkomst. 

Afgelopen week logde ik in bij een landelijke conferentie. Ik was niet de enige, want vanuit het hele land deden meer dan vierduizend mensen mee. Al snel liep het beeld vast. Dat bleek niet aan de techniek daar, maar aan mijn werk-laptop te liggen.  Gelukkig was ik toch thuis en kon ik via mijn eigen computer inloggen en het programma verder volgen. Na een plenair programma vond ik de deelsessie waarvoor ik me had ingeschreven. Ik zag drie sprekers, maar ik wist niet of zij mij wel of niet zagen. Er werden vragen gesteld waarop het pijnlijk stil bleef, van echte interactie was geen sprake. Digitale bijeenkomsten zullen nooit mijn hobby worden. 

De Stadsdialoog 033 over eenzaamheid heb ik woensdagavond gemist. Het is een onderwerp dat mij echt wel aanspreekt, maar na een dag vol digitaal contact was ik toe aan een fysieke wandeling met een vriendin. Gelukkig kan ik vandaag de dialoog terugkijken zonder dat ik in beeld ben. Een verademing! Hoef ik me niet eerst netjes aan te kleden en kan ik gewoon in mijn neus peuteren als ik dat wil. Lekker relaxt!

Zou hij ook de rekening van zijn oma geplunderd hebben?

Zijn cijferlijst moet wel zeer goed zijn geweest. Misschien was hij wel het slimste jongetje van de klas. Ik ben ook wel benieuwd of zijn oma trots was waneer Mohibullah als kind met zijn rapport bij haar langs kwam. Zou ze hem dan geld hebben gegeven omdat zijn resultaten zo goed waren?

Mohibullah is een van de zes jonge cybercriminelen die het afgelopen anderhalf jaar in totaal bijna 4 miljoen euro hebben gestolen van zo’n 200 oma’s en opa’s uit onze regio. Om dat te kunnen heb je toch iets van verstand nodig. Er werden de gedupeerden codes en rekeningnummers ontfutseld door hen in te laten loggen op nagemaakte websites van banken. Je moet goed kunnen babbelen om de senioren te overtuigen.

Dat weet mijn tante Riet ook, want ook zij kreeg zo’n telefoontje. De aardige jongeman stelde zich voor als een medewerker van haar bank. Hij vertelde dat haar rekening was gehackt en dat het resterende geld veiliggesteld moest worden. Hij wist veel van mijn tante en kwam enorm sympathiek over. Tante Riet kreeg een paniekaanval, want ze had net geld nodig voor een grote aankoop. Terwijl ze de opdracht gaf om het ‘resterende’ geld over te schrijven realiseerde ze zich dat er iets niet klopte, maar toen was het al te laat. Ze was letterlijk en figuurlijk overvallen. Haar schaamte was groot. Want hoewel ze een slimme, pientere tante is, was ze er toch ingetrapt.

Zou Mohibullah geoefend hebben op zijn eigen oma? Ook haar rekening leeggeplunderd hebben met zijn slinkse praatjes? Ik betwijfel het. Zijn oma had verwacht dat hij een mooie carrière zou kunnen opbouwen. Iemand met zoveel kennis en handigheid heeft een gouden toekomst voor zich, dacht ze. Zijn oma schaamt zich vast rot wanneer ze hoort dat Mohibullah voor jaren de cel in moet. Want we mogen toch wel hopen dat hij en zijn mede-oplichters er niet met een lichte straf vanaf komen. Van mij mag hij heel lang zitten. Zonder computer en telefoon op zijn cel. Klootzak!

Jij kunt het verschil maken!

Daar loop ik als 16-jarige scholier voorop in een optocht tegen Kruisraketten. Ik houd een vlag vast met een getekende raket en draag een sjaal met regenboogkleuren. De foto staat in de krant van 6 november 1985. Het was de tijd dat een regenboog louter een mooi natuurverschijnsel was.

De nacht voor het protest had ik niet geslapen. Ik zat in het organiserend comité en was bang dat er niemand op zou komen dagen. Mijn angst bleek ongegrond. Er deden zo’n 750 scholieren mee ondanks het feit dat leerlingen van andere scholen toestemming nodig hadden van hun ouders en er gedreigd werd met straf in verband met spijbelen. Wat was ik trots, opgelucht en blij!

Mijn school was vooruitstrevend. Ik voelde me gezien en gewaardeerd. Mijn stem en die van mijn klasgenoten werd gehoord. Ik hoop dat datzelfde geldt voor leerlingen van het Lodestein College in Amersfoort. Dat zij ook gehoord worden want ik denk dat veel leerlingen van die school toleranter zijn dan hun ouders of schoolleiding.  Dat ze het verschrikkelijk vinden dat er zo’n identiteitsverklaring is ondertekend. 

Zij weten vast wel dat twee van hun klasgenoten behoren tot de LHBT+ groep. Dat die pittige tante uit hun klas op meiden valt of dat het stille meisje achterin liever een jongen was geweest. Hopelijk laten ze hen weten dat ze er niet alleen voor staan. Misschien kunnen ze een regenboogvlag ophangen op school of gewoon tegen hun klasgenoot zeggen dat ze er voor hem of haar zijn. En als dit te spannend is kunnen ze regenboogveters dragen of een regenboogsjaal. 

Het is goed soms uit je comfort-zone te stappen om duidelijk te maken waar je voor staat. Een scholierenstaking is misschien een brug te ver, maar zelf zorgen voor een veilig schoolklimaat kan wel. Samen bereik je meer dan je denkt. Zo had ik niet gedacht dat er echt geen kruisraketten zouden komen in Nederland. Wie weet wordt die identiteitsverklaring uiteindelijk ook wel afgeschaft. Dat zou toch mooi zijn! 

Geef ze de tijd…

Zouden ze trots zijn geweest, de demonstranten van de actiegroep Alle Dieren Vrij? Zij stonden een dag na de dramatische gebeurtenis in DierenPark Amersfoort op de stoep actie te voeren voor sluiting van de dierentuin. Ik vond het nogal ongepast. Alsof de anti-rookvereniging Clean Air Nederland bij de begrafenis van mijn vader met borden zouden staan met de tekst “Stop met roken”.  Mijn vader stierf aan longkanker. 

Eerst moest ik nog een beetje moest lachen toen ik het bericht van de ontsnapte chimpansees langs zag komen op twitter. Toen Teun en Pien klein waren hadden we een abonnement op het DierenPark en steevast gingen we even bij het apenverblijf langs. Ik zag de ontsnapping al helemaal voor me;  apen die door het park renden en over hekken sprongen. Natuurlijk dacht ik ook even aan die keer dat Bokito zorgde voor een ramp in Diergaarde Blijdorp, maar dat was een gorilla, hier ging het om leuke chimpansees.

Maar dat zag ik verkeerd, zo bleek later. Twee van de ontsnapte chimpansees waren een gevaar voor zowel bezoekers als medewerkers en moesten worden doodgeschoten. Verdoven met een pijltje was geen optie. Toen ik deze week een filmpje zag van iemand die ooit aangevallen was door een chimpansee begreep ik het nog beter.

Triest dat het is misgegaan. Dat juist de chimpansee met de langste geschiedenis doodgeschoten moest worden. Mike, de lievelingsaap van Marjo Hoedemaker. Ook de andere dierenverzorgers hadden een band met de chimpansees en doodschieten was wel het laatste wat ze wilden. Maar ze hadden geen andere optie. 

Overigens was niet iedereen daarvan overtuigd. Op twitter waren er ineens veel dierendeskundigen die wisten te vertellen waarom een spuitje voldoende was geweest of die vonden dat de dierentuin definitief dicht moest. Natuurlijk kun je je vraagtekens zetten bij het opsluiten van dieren en die discussie mag ook best gevoerd worden, maar nu even niet. Eerst is er tijd nodig om te rouwen.