Ik verlang stiekem naar vuurwerk…

Ik heb mijn zin gekregen, maar of ik er nu zo blij mee ben… Al jaren roep ik dat we moeten stoppen met het zelf afsteken van vuurwerk. Gevaarlijk voor ogen, oren en handen. Slecht voor het milieu en vervelend voor dieren. Dus eigenlijk moet ik nu blij zijn; geen vuurwerk vanavond en dus ook geen rotzooi op straat morgen. Maar nu het zo ver is voelt het leeg. Ik wil dit onwerkelijke rotjaar graag afsluiten en wat ik niet had verwacht;  ik verlang stiekem naar vuurwerk. Mooie pijlen om het afgelopen jaar te vergeten en wat knallen om de boze geesten voor het komende jaar te verdrijven. 

Voorgaande jaren werd er altijd een klein feestje gevierd in onze straat. Na middernacht liepen we naar buiten met een fles bubbels en wat extra glazen en wensten elkaar een goed nieuw jaar toe. Mijn buurman van over de negentig kwam steevast naar buiten met twee proppen watten in zijn oren, die hij er even uit haalde om mijn nieuwjaarswens te kunnen horen. Daarna een dikke knuffel en dan duwden we ook hem een glaasje in zijn handen. Mijn buurjongetje stond binnen met slaperige ogen tegen het raam geplakt om het vuurwerk te zien. Door binnen te blijven hoorde hij de knallen niet zo hard. 

Maar zoals het er nu naar uitziet blijft het vanavond stil op straat. Geen omhelzingen, hoogstens wat knalerwten.  Ik heb nog even overwogen om mijn buren te vragen met wat pannen en houten lepels naar buiten te komen om zo het oude jaar uit te luiden en de boze geesten te verdrijven, maar dan lijken we net wappies en dat wil ik te allen tijde voorkomen.

Ergens hoop ik dat de kerken om middernacht hun klokken luiden en dat de moskee achter ons huis een geluidsband laat horen met vuurwerkgeluiden. Niet die keiharde knallen, maar het gefluit van vuurpijlen met wat lichte plofjes. Dan denk ik zelf de oh’s en ah’s er wel bij. Hopelijk komt er volgend jaar een vuurwerkshow op het Eemplein en mogen we elkaar dan weer omhelzen. Dat zou toch heerlijk zijn!

Cracker, barritas en chocola

,,Alsjeblieft, een pakketje voor u.” Voor me staat een jonge vrouw naast haar bakfiets. Ze is fietskoerier. Haar wangen zijn rood van de inspanning. Ik neem de doos aan en mijn hart maakt een sprongetje. Voor mij! Van mijn werkgever. Een welkome verrassing tijdens deze nare, onrustige periode.

Even later sta ik met een schaar in de aanslag om de doos te openen. ,,Net als vroeger”, flitst het door mijn hoofd. Als kind was ik al dol op kerstpakketten. Ik stond er vaak met mijn neus bovenop wanneer mijn moeder de doos opende. Dat verwachtingsvolle gevoel! De hele familie stond er omheen, het was echt een momentje. In mijn herinnering zaten er altijd bakjes in van bladerdeeg, een blik ragout, bijzondere snacks die we zelf nooit kochten en een rollade. Het kerstpakket was echt een luxe in die tijd. Een mooie aanvulling voor de feestdagen. 

Ik zet mijn eigen pakket op tafel en doe de doos open. Wat ziet het er leuk uit! Het thema is ‘gezondheid’ want tussen de papiersnippers zie ik crackers, zonnebloempit-barritas, vitaminwater en een reep chocola. Er zit ook een goed afsluitbare lunchpot in waar we soep of yoghurt in kunnen doen voor als we ooit weer eens naar onze werkplek kunnen.

Ik lees dat het pakket is ingepakt door mensen die bij een sociale onderneming werken en een deel van de opbrengst naar een goed doel gaat. Dat is toch ook wel weer mooi. Het verbaast me hoe blij ik ben met dit pakket. Voorgaande jaren mocht ik iets bestellen via internet of konden we een cadeau uitzoeken op een kerstmarkt. Dat was leuk omdat je altijd thuis kwam met iets dat je lekker of leuk vond, maar dit pakket doet me veel meer. Het gaat niet eens zozeer om de inhoud, maar om het gebaar. De blijk van waardering. 

Er ligt ook een pakje met ansichtkaarten tussen de barritas en crackers. Met vragen erop. Een van de vragen is; ‘Wat wil jij dat anders gaat in 2021′.  Ik zucht en bijt een stuk chocola van de reep. Waar zal ik eens beginnen…

Regenboog op paarse vrijdag

,,Mam, heb je mijn paarse trui al gewassen?” Dochter Pien kijkt me aan terwijl ze een cracker met kaas naar binnen propt. ,,Ja hoor lieverd, hij ligt in de wasmand op onze kamer”, is mijn antwoord. Terwijl ze het laatste stukje van haar cracker eet loopt ze de trap op. Haar paarse trui is een van haar favoriete kledingstukken en die trui moet per se aan vandaag. Het is namelijk paarse vrijdag. De dag waarop jongeren paarse kleding dragen om klasgenoten te laten weten dat ze solidair zijn met jongeren die lesbisch, homo, biseksueel of transgender zijn. En Pien is solidair met die groep. Sterker nog; ze hoort er zelf bij.

Het kwam voor mij niet als een verrassing. Zoiets voel je als moeder aan denk ik. Als ik dacht aan de toekomst zag ik eerder een leuke sportieve vriendin naast haar staan dan een vriendelijke jongeman. Toch had ook Pien het gevoel dat ze op een zeker moment uit de kast moest komen en dat vond ze best wel een dingetje. De kastdeur ging af en toe open. Soms op een kiertje, soms wat verder. Haar 87-jarige oma was een van de laatsten die het nog niet wist en dat voelde niet goed. Toen Pien haar oma vroeg een sjaal te breiden in regenboogkleuren was dat meteen het moment om het te vertellen. De reactie van oma was goud waard: ,,Oh, dat is toch prima? Maakt voor mij niets uit hoor Pien!”

Laten we hopen dat alle jongeren die worstelen met hun geaardheid oma’s hebben die er net zo over denken. Dat ze klasgenoten hebben die ook een paarse trui of paarse sokken aantrekken om te laten weten dat ze solidair zijn. En dat ze ook in een omgeving wonen waar ze geaccepteerd worden om wie ze zijn. 

Om te vieren wie mijn dochter is hang ik vandaag de regenboogvlag uit. Ik heb het altijd een mooi symbool gevonden; alle kleuren op zich zijn prachtig, maar samen zorgen ze voor een waanzinnig mooi natuurverschijnsel. Diversiteit maakt de wereld mooier. Ik kan niet wachten tot de dag dat ik mijn schoondochter ga ontmoeten!

Pislink

Pislink zou ik zijn. Ik zou de afhaalmaaltijden door de zaak smijten of midden op het podium gaan staan en schreeuwen uit frustratie. Het valt na al die maanden toch niet meer uit te leggen? Terwijl grote groepen mensen hutje aan mutje in het vliegtuig stappen, zitten mensen in theater Flint zo ver van elkaar af dat ze hun buurman amper herkennen. Terwijl mensen elkaar in het weekend bijna onder de voet lopen in de Langestraat op zoek naar kleding voor het kerstdiner, zijn de deuren van de restaurants gesloten. 

Bah, bah, bah… Ik werk niet in de horeca en bezit geen theater maar ik ben wel plaatsvervangend boos. Of teleurgesteld. Ik snap dat horecaondernemers uit het hele land het spuugzat zijn en hoe dan ook op 17 januari hun deuren open willen gooien, maar of dat nou zo handig is. 

Ze hebben wel gelijk: het wordt tijd dat we de horeca en de cultuursector nu eens voorrang geven. Om te zorgen dat we na de pandemie überhaupt nog ergens terecht kunnen voor een maaltijd, een biertje  of een mooi toneelstuk.

Dit is het moment om Amersfoort op een positieve manier op de kaart te zetten! Laat de gemeente, horeca en cultuursector om de tafel gaan zitten om per locatie te kijken wat er wél mogelijk is. Als een soort pilot. Daarbij wachten we niet tot 17 januari, maar zorgen we ervoor dat de restaurants al met de kerst open kunnen.  Kleine restaurants kunnen samenwerken met grotere. In de grote zaal van Flint laten we meer dan 30 personen toe en na afloop van een film in de Lieve Vrouw kunnen kleine groepjes bezoekers best een drankje drinken. Kortom; maatwerk.  Op de dagen dat de horeca en het theater open zijn, gooien we de rest van de winkels in de stad dicht en visa versa. Zo wordt de pijn eerlijk verdeeld.

Laten we aan de rest van het land tonen hoe je er samen uit kunt komen zodat Amersfoort een voorbeeld is voor andere steden. Niet door te gaan muiten, maar door intensieve samenwerking krijgen we corona onder controle!