Stil

Wat lag ze stil. Het leek of ze sliep. Haar borstkas ging niet op en neer, niets bewoog. Wat lag ze stil. Handen gevouwen, ogen dicht, haar gezicht leek ontspannen. Wat lag ze stil.

Afbeelding
Ruim twee jaar geleden ontmoette ik haar voor het eerst. Ze had last van haar geheugen en ik probeerde haar en haar man zo goed mogelijk te begeleiden. We verzonnen praktische oplossingen, zorgden voor een agenda, bespraken de week. We bespraken de onderzoeken aan haar hersenen en ik probeerde haar partner inzicht te geven in het ziekteproces.
Diezelfde periode ontdekten ze dat hun zoon autistisch was en dat hij naar speciaal onderwijs moest. Ook daarin heb ik hen proberen te ondersteunen. Ze accepteerden dat hun zoon anders was en deden alles om zijn leven goed op de rit te krijgen.
Het leek een tijd redelijk te gaan. Ze genoten ze van het leven en van elkaar. Ze trokken er vaak op uit. Ze gingen wandelen en bezochten musea. Ondanks de geheugenproblemen van mijn cliënte leefden ze hun leven. Totdat ze een rare hoest kreeg. Na een heleboel onderzoeken bleek dat ze kanker had. Chemo’s, een pruik, bestraling; het kwam allemaal langs.

Gelukkig hielp hun rotsvaste vertrouwen in God hen. Dat vertrouwen was zo groot dat ze een een wonder verwachtten. In hun kerk werd gebeden voor herstel en kracht. Helaas bleef het wonder uit; vorige week stierf ze.

Vandaag was de dankdienst. Er was muziek, er waren mooie teksten en er lag een  prachtig bloemstuk op de kist. Ik raakte er van in de war; God danken voor het leven dat ze had gehad. Blij zijn met het feit dat zij nu al is verhuisd naar iets dat we hemel noemen. Ik kan dat niet begrijpen. Ik wilde het wel uitschreeuwen;  ik ben namelijk heel erg boos op die God en snap er helemaal niets van. Vijftig jaar is veel te jong om te sterven. Acht jaar is veel te jong om je moeder kwijt te raken. Na bijna 15 jaar huwelijk moet je je vrouw niet hoeven te begraven.

Wat een klotedag.

Afbeelding

Respectloos

Het was voor het eerst dat ik tranen zag. Best gek, want ik ken haar al zo’n twee jaar en had haar vaak in wanhoop meegemaakt. Ze was in een dip geraakt nadat ze aanwezig was in Apeldoorn op Koninginnedag 2009. De dag dat Karst Tates met zijn auto door de menigte reed. Ze zag mensen voor haar ogen doodgaan en haar jonge dochtertje en haar man waren die middag even onvindbaar. Als thuisbegeleidster heb ik haar in de periode daarna proberen te ondersteunen. Al gauw bleek dat naast dit trauma er nog veel meer dingen speelden; onverwerkte jeugdtrauma’s, een onveilige opvoeding en flinke periodes van depressie.

En nu zag ik dus tranen. Voor het eerst. Ze vertelt me dat haar man haar heel neerbuigend en respectloos behandelt. Dat hij haar in het bijzijn van zijn kinderen afzeikt en dat hij de toffe peer uithangt wanneer er andere mensen in de buurt zijn.

Nooit hoort ze dat ze het goed doet, dat hij van haar houdt. Ze mist letterlijk een arm om zich heen, een gelijkwaardige relatie. Vandaag kon ze er niet meer tegen. “Maar hij doet ook wel veel goede dingen voor me”, probeerde ze hem nog te verdedigen. Ik schudde mijn hoofd. Partners horen met respect met elkaar om te gaan, ook als het moeilijk gaat. Mijn cliënte is de makkelijkste niet, maar dit verdient niemand. Haar partner is enorm door de mand gevallen. Het laat me de hele dag niet meer los.

Afbeelding

Foto: Marcoen Hopstaken

 

Frustratie

Dikke tranen rollen over haar wangen. “Ik heb echt mijn best gedaan mama, maar het lukte gewoon niet. Ik werd steeds zo afgeleid”. Dochterlief zit op de fiets en ik vroeg haar hoe de schooldag was geweest. Niet zo goed dus. Mijn hart breekt. Puck wil namelijk heel graag al haar sommen af hebben, maar het lukt haar dikwijls niet. Ze raakt afgeleid door laatjes die open en dicht gaan, een juf die op de gang kinderen tot de orde roept, of gewoon door een vlieg die tegen het raam aan vliegt en zoemt. Het gekke is; haar resultaten zijn hartstikke goed, maar haar werktempo ligt extreem laag.

Vandaag had ze eigenlijk na moeten blijven, dat moesten alle kinderen die niet klaar waren. Maar op de een of andere manier is Puck er tussen uit gesneakt. Geheel tegen haar karakter in overigens. Ze wilde naar Sport Buurtkids en de juf had Puck laten gaan. Hoe het precies zat? Ik ben er nog steeds niet helemaal achter, maar ik zal het wel horen morgen.

Zelfs na haar sportuurtje had Puck het er nog over. Over dat ze het zo vervelend vindt dat ze bijna nooit op tijd klaar is. Zelfs taal, wat ze enorm leuk vindt, krijgt ze niet altijd af.  Ze hoeft vaak al minder te doen dan haar klasgenoten, maar dan is het nog hangen en wurgen. Vandaag kwam er ook nog eens bij dat de sportmeester een paar keer had gezegd “Puck, je staat te slapen”. Het viel niet mee vandaag.

Kort daarna kwam mijn zoon thuis. Pissig, boos, verdrietig. Hij had bij zijn vriend huiswerk proberen te maken. Maar het was niet gelukt. Het was teveel en ook zijn topografie had hij nog niet kunnen leren. Stampvoetend en met tranen van frustratie ging hij naar boven.

Ik besloot met een glaasje witte wijn in de tuin te gaan zitten. Daar realiseerde ik me dat we bijzondere kinderen hebben. Kinderen die boos worden omdat het niet lukt om hun huiswerk te maken. Het zijn toch meestal de ouders die boos worden omdat hun kinderen geen zín hebben huiswerk te maken?

 

Mieke

We hielden elkaar even stevig vast, mijn 82-jarige buurman en ik. Gewoon, midden op de stoep voor zijn huis. Vanuit de slaapkamer van mijn dochter had ik gezien dat hij zijn fietsband aan het oppompen was en omdat ik hem snel wilde spreken liep ik naar hem toe. Eerst zei hij niets, stonden we daar met zijn tweeën terwijl de wereld om ons heen gewoon doorging. Daarna kwam het verhaal: Over hoe hij  een telefoontje kreeg van zijn dochter met de mededeling dat het niet heel erg goed ging met zijn vrouw. Mieke lag in het ziekenhuis voor een dotterbehandeling en donderdagavond hadden ze elkaar nog gesproken. Ze was erg positief en het zag er allemaal goed uit tot gisteren, toen verslechterde haar situatie plotseling en gistermiddag is ze overleden. Mijn buurman en zijn kinderen waren er bij. Wat een verdriet; ze waren al 60 jaar samen. Hadden ook veel meegemaakt. Ze wisten wat armoede was, ze hadden de oorlog bewust en indringend meegemaakt en ze kenden elkaar door en door. Als je hen samen zag dan spatte de liefde er gewoon vanaf.

Zo’n acht  jaar geleden zijn ze bij ons in de straat komen wonen en hoewel we Mieke niet zo vaak zagen, was buurman Atze altijd van de partij als er iets in de straat gebeurde. Hij hielp met de bloembakken, kwam kijken bij “Gluren bij de Buren” en dronk een borreltje mee wanneer we de verjaardag van de kinderen vierden. En nu is Mieke, zijn grote liefde, dood. Ik loop de hele dag al met een zwaar gevoel rond. Morgen neemt mijn buurman geen telefoon op, doet hij de deur op slot en zal hij de wereld buiten sluiten, zo zei hij. En maandag…. “Dan gaat het leven gewoon weer verder” . Volgens mij is er voor mijn buurman nooit meer een “gewoon”. De leegte die Mieke achter laat is niet meer te vullen. Afbeelding