Even denk ik dat ik haar zie, maar het is een ander meisje met een blond staartje. Ik zwem nog een stukje door en kijk naar de kant waar Marcoen nog steeds staat. Ook hij zoekt Puck. Raar wel, want een half uur daarvoor hadden we gezegd dat we bijna weg gingen omdat het zo druk werd bij het Henschotermer en nu konden we haar niet meer vinden. Ik zwem terug naar Marcoen en vraag hem wat we gaan doen. We gaan nogmaals zoeken. Marcoen loopt een stuk langs het water, Pim blijft op de plek waar onze tassen staan en ik ga nogmaals het water in. Wat absurd. Een uur daarvoor hadden we het nog over de oproepen die we hoorden: “Wilt u uitkijken naar Daan de Groot, hij is 3 jaar, draagt een blauwe zwembroek met gele bandjes” en tien minuten later “Daan de Groot is weer terecht”. Ik was gewoon opgelucht toen ik dat hoorde omdat hier een maand geleden een 6-jarig jongetje was overleden. En nu zocht ik zelf naar mijn dochter. Natuurlijk; ze had wel 3 zwemdiploma’s, en waarschijnlijk kon ze ons niet meer vinden, maar toch.
Ik zwem nogmaals rond. Inmiddels zijn we wel ruim een half uur aan het zoeken en ondanks dat mijn bijnaam Panienke is ben ik niet in paniek, maar de knoop in mijn maag wordt wel steeds heftiger en mijn hartslag gaat omhoog. Ik zie Marcoen op het pad lopen terwijl hij om zich heen kijkt, stap uit het water en loop naar hem toe. Ik vraag hem of we Puck moeten laten omroepen. Ja dus, het duurt nu te lang. Even later sta ik bij de EHBO en geef mijn dochter als vermist op.
Omdat Puck negen jaar is en 3 zwemdiploma’s heeft willen ze haar eerst niet omroepen. Ergens begrijp ik het wel, maar ik zie het niet zitten om nog langer te wachten terwijl Puck ons –in het minst erge geval- in paniek aan het zoeken is. Als ik benadruk dat Puck een dromer is en ADD-trekjes heeft doen ze het toch.
Haar naam schalt over de geluidsinstallatie, blond haar in een staart en een blauw bovenstukje met bloemen. Het is net of ik in een film zit. Ondertussen komt er een politie-agent naar me toe en hij stelt me wat vragen. Terwijl ik zijn telefoon krijg om Marcoen te bellen die weer bij de handdoeken is komt er een mevrouw aan met Puck. Wat een opluchting. Puck was de verkeerde kant opgelopen en was gaan zoeken naar het ijswagentje dat achter onze handdoeken stond. Ze liep door en bedacht zich niet dat ze misschien de verkeerde kant was opgelopen. Ze wist dat we bij het bordje van “De Kat” zaten, maar durfde niemand aan te spreken. Uiteindelijk is ze bijna het hele meer omgelopen zoekend naar ons. Ze hoorde dat ze gezocht werd en kort daarna zag iemand haar lopen en vroeg ‘ben je Puck?”. Toen Puck dat bevestigde en begon te huilen is deze lieve mevrouw met Puck meegelopen naar de EHBO. Daar stond ik, wat een opluchting. Ik heb haar flink geknuffeld. Je moet er toch niet aan denken dat…..