,,Hoe ga ik dit toch aanpakken”, wethouder Tigelaar kijkt op zijn wekker. Het is 3.14 uur en hij heeft nog maar een paar uur geslapen. Toen hij wakker werd dacht hij meteen weer aan de opdracht die hij kreeg van de gemeenteraad. Hij moet onderzoeken hoe de stad haar eigen inwoners voorrang kan geven wanneer ze op zoek zijn naar een huis.
De wachtlijst voor een sociale huurwoning loopt flink op. Soms moeten mensen tien jaar wachten. En het lijkt of steeds meer mensen die geen betaalbare woning kunnen vinden in Amsterdam of Utrecht hier hun heil zoeken. Daar moet wat aan gedaan worden en aangezien hij ‘wonen’ in zijn pakket heeft…
Tigelaar gaapt, gaat op zijn rug liggen en staart naar boven. Het is bijna Kerst. Hij denkt aan Jozef en de hoogzwangere Maria. Zij kwamen uit Nazareth en zochten een plekje in Bethlehem om daar de volkstelling bij te wonen. Daar werden ze niet heel hartelijk ontvangen. Ze hadden geen geld, hadden geen financiële binding met de stad en kregen geen voorrang. Tigelaar draait zich nog eens om en valt in een onrustige slaap.
Hij droomt dat er allemaal mensen voor het stadhuis staan die scanderen; ,,Wij willen wonen, wij willen wonen”. En -heel gek- naast al die mensen staan Maria en Jozef. Maria draagt haar kind Jezus in een draagzak op haar buik. Jozef staat achter haar op een grote kei en torent boven iedereen uit De actievoerder kijken naar de jonge ouders en laten merken dat ze niet welkom zijn. ,,Ik wacht al jaren, we willen hier geen vluchtelingen”, zegt een van de betogers. ,,Eigen volk eerst”, roept een ander.
Tigelaar wordt zwetend wakker. Het klinkt makkelijk, een systeem optuigen zodat Amersfoorters voorrang krijgen, maar in de praktijk wordt het nog een hele klus. Want wat is eerlijk en hoever ga je. Wie krijgen er voorrang en wie niet?
Het is 7.01 uur. Wethouder Tigelaar bedenkt hij dat het wel bijzonder is dat juist Jozef zo prominent in zijn droom is verschenen. De vader van Jezus is namelijk beschermheilige tegen woningnood. Dit moet een teken zijn! ,,Het komt vast goed”, bedenkt Tigelaar en opgelucht staat hij op. Dat Jozef ook patroon is van hopeloze zaken was hij even vergeten.